zich steeds meer uit. Zo werden diverse grote gebouwen geopend en wel: Directie
gebouw der Marine (Paleis (1826), het Raadhuis (1836) het Marine-hospitaal (140)
de Marine Kazerne (1840) het Gemeente Ziekenhuis (1861), het Kantongerecht (1862),
het Postkantoor (1872) benevens diverse Kerken, Scholen, enz., enz. In het jaar 1856
kwam de drinkwaterleiding tot stand. Den Helder was tot een voorhaven van Am
sterdam geworden. Door de opening van het Noordzee Kanaal, waardoor Amsterdam
een veel kortere verbinding met de zee verkreeg, kwam snel de teruggang. De grote
Scheepvaart Mijen verplaatsten haar kantoren naar Amsterdam, de mailboten ver
anderden van haven en het grootste deel van de handel verhuisde eveneens naar de
hoofdstad. De toekomst zag er niet meer rooskleurig uit.
De achteruitgang was gelukkig echter van tijdelijke aard. De inwoners pakten flink
aan en zo kwam de achteruitgang in de bevolking tot stand en ging geleidelijk weer
in een stijging over. Ziehier de loop van de bevolking:
1600 pl.m. 200 inwoners
1650 pl.m. 2.000 inwoners
1814 pl.m. 2.200 inwoners
1818 pl.m. 3.000 inwoners
1858 pl.m. 14.200 inwoners
1878 pl.m. 22.000 inwoners
1880 pl.m. 20.000 inwoners
1898 pl.m. 25.800 inwoners
1923 pl.m. 32.000 inwoners
1940 pl.m. 37.000 inwoners
Thans bedraagt het aantal inwoners ruim 33.000 en gaat Den Helder weer een
goede toekomst tegemoet.
Tijdens de Duitse bezetting gesloopt of door bominslag vernield of zwaar be
schadigd.
Strand bij Duinoord, Den Helder
Foto: Jac. de Boer.