De Kamer bestaat uit twee afdeelingen, ééne waarin de vertegenwoordigers van het „grootbedrijf", en ééne waarin de ver tegenwoordigers van het „kleinbedrijf" 'zitting hebben. Het aantal leden der bei de afdeelingen is gelijk. Wij vertrouwen door bovenstaande uit eenzetting de lezers eenigszins te hebben ingewijd in de werkwijze van het Han delsregister en zijn er van overtuigd, dat zij, die hieromtrent verdere inlichtingen wenschen, den secretaris der Kamer voor 1 Hollands Noorderkwartier, te Alkmaar, Oudegracht 182, steeds bereid zullen vin- j den elke gewenschte voorlichting te ver- j strekken. Alle mondelinge inlichtingen betreffen de ingeschreven handelszaken, of alge- mecne raadgevingen op het gebied van Handel, Industrie, Scheepvaart etc. wor den doorgaans kosteloos verstrekt. In toenemende mate mag de Kamer zich verheugen in de belangstelling van ver schillende gemeentebesturen, midden standsorganisaties en andere lichamen, zoodat meer en meer contact wordt ge zocht met de Kamer, waardoor de arbeid, die de leden der Kamer geheel belange loos verrichten, in meerdere mate tot zijn recht komt. BEVRACHTINGSCOMMISSIE „U", gevestigd te ALKMAAR, Oudegracht 182, 3142, giro 225074. Het kantoor is geopend van 912 en van 1% tot 5 uur. Leden: Ir. Ph. M. Bosscher te Alkmaar, (voorzitter), J. Kramer Gzn. te Broek op Langendijk, (onder-voorzitter); S. A. Duinker te Alkmaar en D. J. Scheffel te Alkmaar (secretaris). Plaatsvervangende leden: S. W. Arntz te Alkmaar, J. Hoogland te Broek op Lan gendijk, O. J. Verkerk te Bergen en H. W. Holsmuller te Alkmaar (pl.v. secretaris). Bij Koninklijk Besluit van 24 Juli 1933 werd aan eenige Kamers van Koophandel en Fabrieken in ons land de benoeming van een Bevrachtingscommissie elk voor haar district opgedragen. De Bevrachtingscommissie „U", waarin door de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Hollands Noorderkwartier de bovenstaande leden werden benoemd, strekt haar werkzaamheden uit over de Gemeenten, die onder de eerder genoemde Kamer ressorteeren. Tot haar taak behoort de uitvoering van de Wet van 5 Mei 1933, houdende tijdelijke maatregelen ter bevordereing van eene zooveel mogelijke evenredige vrachtverdeeling in de binnenscheepvaart. De regeling zooals deze in de wet is belichaamd, beoogt eene zooveel mogelijke evenredige verdeeling van de beschikbare lading. Als gevolg van de ongebrei delde concurrentie waren de vrachtprijzen n.1. gedaald tot een voor het bedrijf doodelijk niveau. Daarnaast hadden zich in het bevrachtingswezen misstanden ontwikkeld, waartoe vele schippers, wilden zij zich van een lading verzekeren, min of meer gedwongen werden. Is dus aan de eene zijde het doel van de wet door evenredige vrachtverdeeling de schipperij tijdens het vervoer een bestaans minimum te verzekeren en de lasten van den tijd althans eenigszins gelijkelijk te verdeelen over vakgenooten, aan de andere zijde beoogt de wet evenzeer het uitroeien van de misstanden in het bevrachtingswezen, waartoe de ongebreidelde concurrentie heeft geleid. Hiertoe wordt de beschikbare lading door de bevrachtingscommissie toegewezen aan het schip dat voor het vervoer het meest geëigend is en hetwelk het langst onbevracht is geweest. De schippers worden te dien einde bij de bevrachtingscom missie in een register ingeschreven. Bovendien heeft de commissie tot taak de vrachtprijs te beoordeelen en de bevrachtingscondities te keuren. Is de vracht prijs naar het oordeel der commissie redelijk in verhouding tot de van den schip per verlangde prestatie en voldoen de vervoerscondities aan redelijkerwijs te stellen eischen, dan zal de commissie haar goedkeuring aan de bevrachtingsover eenkomst. verleenen, waartoe zij een bewijs aan den schipper afgeeft. Hiernaast heeft de commissie nog tot taak het afgeven van bewijzen van ontheffing van het vervoerverbod aan de beurtvaart, het verleenen van goedkeuring aan buiten haar tusschenkomst gesloten bevrachtingsovereenkomsten (vervoer voor vaste relaties, campagnevervoer) en het afgeven van een verklaring inzake het vervoer van eigen goederen. Practisch komt de regeleing er dus op neer, dat geen enkel schip goederen mag vervoeren, zonder dat op de een of andere wijze de bevrachtingscommissie aan dit vervoer haar goedkeuring heeft gehecht, waartoe aan boord van het vaartuig een bewijs aanwezig moet zijn.

Adresboeken Regionaal Archief Alkmaar

Adresboek van Alkmaar | 1936 | | pagina 267